Recent nieuws
interview Thomas Noel
Met In The Picture laten we iedere maand telkens een artiest van Cluster aan het woord. In dit interview hebben we het over het muzikale traject, favoriete instrumenten en grote inspiratiebronnen.
Thomas, je bent volgens je biografie opgegroeid in een familie tussen Aalst en Oostenrijk. Dat ligt wat ver uit elkaar, neen?
Ik ben opgegroeid in Aalst, als zoon van een Belgische vader en een Oostenrijkse moeder. Nadat ze getrouwd zijn, kwamen ze in Aalst wonen. Mijn moeder was kunstschilder, maar - het was toen moeilijk om rond te komen voor een volledig gezin met twee kinderen - dus schoolde ze zich om tot boekbindster. Er was altijd muziek bij ons thuis, zij luisterde altijd naar klassieke muziek. Mijn vader was zanger-muzikant bij een bigband en speelde samen met Freddy Sunders (dirigent van BRT-bigband en latere BRT Jazz Orkest) en Henk van Montfoort (Nederlands-Belgisch zanger en muzikant). Vaak nodigde hij wat muzikanten uit bij ons thuis en begonnen ze wat te jammen bij een glas wijn. Door mijn vader ben ik voor het eerst in aanraking gekomen met gitaar. Daardoor ben ik na verloop van tijd ook naar de muziekschool gegaan. Intussen begon ik met mijn studiecarrière, na rondzwervingen in Brussel - waar ik journalistiek studeerde - en Antwerpen - een tussenstop toegepaste communicatie - ben ik uiteindelijk in Gent beland. Ik deed last minute mee met een ingangsexamen voor het conservatorium en werd prompt toegelaten. Ik combineerde mijn studies al even met reizen, waardoor ik met veel muzikanten in aanraking kwam.Dat was een heel interessante periode, waar ik ook Wouter Vandenabeele heb leren kennen.Hij introduceerde mij in de wereld van folk. Tijdens de laatste maanden van het conservatorium, kreeg ik een tendinitis - een peesontsteking aan mijn arm, waardoor kon ik lang niet spelen. Dus besloot ik om me meer toe te leggen op fotografie tijdens mijn reizen. Zo werd ik uitgedaagd om visueel na te denken, wat me erg heeft gevormd. Sindsdien denk ik in kleurenpaletten als ik componeer. Ik start met een ritmisch patroon, dat geef ik verder kleur door arrangementen toe te voegen. Beeld en geluid zijn communicerende vaten geworden. Op reis had ik nooit echt een financieel plan, ik kwam rond door verschillende jobs. Zo gaf ik pianoles of Engelse les, werkte ik in de keuken van restaurants of tapte ik in een café. In Salt Lake City kreeg ik kost en inwoon in een hostel als ik ’s avonds wat piano speelde. Af en toe kwam er een serieuze job of groter muzikaal project op mijn pad, en dan kon ik weer even verder. Zo leefde ik met mijn toenmalige partner enkele maanden tussen de lokale bevolking op Pigeon Island, een deel van de Salomonseilanden. Een tijdje terug deelde ik mijn ervaringen via RELAAS.
Wat was dan voor jou het definitieve startpunt van je muzikale carrière?
Net nadat ik was afgestudeerd aan het conservatorium van Gent, vertrok ik voor enkele maanden naar Melbourne. Ik streefde niet per se een muzikale carrière na, maar ik speelde wel enorm veel. Ik wou mijn muziek daarnaast nog kracht bijzetten door mezelf ook visueel uit te dagen. In Australië liep ik Emmanuel Santos tegen het lijf. Emmanuel en ik hebben, behalve onze afkomst - hij is Filippijn - een soortgelijke achtergrond. Hij is muzikant, fotograaf en documentairemaker. Zo werd Emmanuel na verloop van tijd een echte mentor voor mij. Hij leerde me inzien dat passie een onmisbaar ingrediënt is van muziek. Als je niet speelt wie je bent, zal dat eindresultaat ongetwijfeld iets missen. Wat er precies ontbreekt,is moeilijk te benoemen. Dat is het ondefinieerbare waar iedereen in de kunsten naar op zoek is. Maar zonder dat fundamenteel en cruciaal element, heeft het eindresultaat volgens mij ook niet zoveel waarde meer. Door die ontmoeting met Emmanuel ben ik opengebloeid en kreeg ik richting. Hij heeft me laten inzien dat muziek een enorm krachtige en rechtstreekse taal is waarin je je hele emotie kan huisvesten. Je kan een enorme lading aan sfeer vertalen en meteen overbrengen.
Welke instrumenten bespeel je nu?
Ik heb piano en gitaar gestudeerd, de rest heb ik autodidactisch bijgeleerd. Ik speel dus ook nog bas, altsax, hammond en nog enkele snaarinstrumenten. Omdat ik ervan hou om een grote verscheidenheid aan klanken te zoeken. Mijn favoriet is de vleugelpiano. Naast de grootte van het instrument, kan ik me daarop het beste uitdrukken. Door haar trillingen en haar fysieke verschijning, voel je dat je daarop speelt. Dat maakt het voor mij een interessant instrument. Mijn tweede liefde is de Fender. Een elektrische piano met meer klankmatige mogelijkheden. Binnen The Chai Connection ben ik de enige die elektrisch speelt. Die Fender verbindt alle gasten aan elkaar. In dat project gooien we eigenlijk al onze eigen talen samen, en landen we op een diplomatische cocktail. Een deel spreekt Nederlands, de andere helft Frans, samen spreken we Brussels. Een van mijn andere projecten - The City’s Song - is gebaseerd op verbinding zoeken op verschillende locaties en het muzikaal verklanken van een stad. Zo passeerde het project al in Mexico, Palestina, Zuid-Afrika en Iran. Momenteel zijn we ons aan het verdiepen in de traditionele muziek van Napels. Een enorm spitante stad, waar het leven voor een stuk is gebaseerd op een mogelijke apocalyps. Het feit dat deze stad naast de Vesuvius is geposteerd, maakt iets los. Dat maakt de hele stad wat existentieel. Daarnaast heeft Napels doorheen hun lange muziektraditie ook een erg verfijnde mix. Een spanningsveld tussen rollende ritmes en vurige melodieën, gemixt met geraffineerde culturen. Momenteel zitten we nog in de onderzoeksfase; over enkele weken ga ik terug naar Napels om te experimenteren en een band samen te stellen. Als alles volgens plan gaat, spelen we volgend jaar al enkele concerten met de Napolitaanse muzikanten. Het einde van deze City’s Song, staat in 2025 gepland op Brosella. Ook met dit project wil ik visuele collage maken rond dat heel proces.
interview Ananta Roosens
Wat kunnen we verwachten van je residentie met Kaito Winse?
We willen graag een album opnemen. Intussen hebben we al enkele concerten gespeeld, dus we hebben al een repertoire. De bedoeling is dus om er tijdens de residentie aan te werken en het album hopelijk af te krijgen. Ik zing en speel viool, Kaito zal verschillende traditionele Afrikaanse instrumenten bespelen waaronder meerdere fluiten, tama (Afrikaans percussie-instrument), kora (snaarinstrument), kalebas (slaginstrument) en arc à bouche (soort mondharp). We leerden elkaar enkele jaren geleden kennen bij Muziekpublique, waar hij op een avond solo speelde. Hij speelde voor een publiek dat voor hem wel oneindig leek want betrok daarbij zijn voorouders, zijn omgeving, de natuur... Dat vond ik enorm interessant, het verschilt toch enorm met hetgeen wij vooral doen in het westen. Op het podium spelen en je ding doen, vervolgens op hotel en terug naar huis. Daarnaast liggen de instrumenten die Kaito bespeelt ver van mijn viool, wat enorm veel ruimte geeft voor uitwisselingen en nieuwe ideeën. En dat is enorm verrijkend.
Hoe is jouw traject als muzikant begonnen?
Bij ons thuis was het heel evident om met muziek bezig te zijn. Mijn vader speelde elektrische gitaar, en componeerde enorm veel. Hij had midden jaren tachtig een Atari (computermerk), waarop hij zijn muziekwerken naar hartelust kon orchestreren. Dat was ook mijn speeltuin. Vaak nam hij ons mee in de velden met een ‘4-track’ (meersporige opname met cassette) zodat we de ‘vocals’ konden inzingen zonder de buren te storen. Ik probeerde mijn muziek ook te noteren op mijn manier. Niet met noten, maar eerder met tekeningen die hoog en laag voorstelden en de lengte symboliseerden. Vervolgens vonden we een viool voor me waar ik volledig op mijn eigen manier mee begon te spelen. Ik probeerde de liedjes na te spelen die ik hoorde, dus stipte ik met krijt op mijn viool de plekken aan waar ik de noot had gehoord. Vervolgens streek ik ze dan in de juiste volgorde aan. Op mijn elfde begon ik op de muziekschool, later - op mijn achttiende - mocht ik naar het conservatorium van Rotterdam om er klassieke muziek te studeren. De manier waarop klassieke muziek werd beleefd en aangeleerd heeft me nooit aangetrokken - daar heb ik me lang voor behoed - daarmee dat ik me tijdens mijn studies ook nog vaak bezighield met latin en Braziliaanse ensembles, Indiase of flamenco muziek. Zo werd ik steeds uitgedaagd en breidde mijn gamma aan expressie-mogelijkheden verder uit. Tijdens mijn studie klassieke muziek, koos ik eveneens om Argentijnse tango te studeren. Ook daar voelde ik een zekere terughoudendheid om niet uitsluitend met dit genre bezig te zijn. Mijn nieuwsgierigheid zorgt ervoor dat ik steeds in nieuwe werelden terecht kom. Hoe zalig dat ook is, het vraagt wel steeds veel van je. Het vertrouwen dat je na verloop van tijd hebt gekregen, moet je bij iets nieuws telkens weer opbouwen. De laatste tijd heb ik ervoor gekozen om me meer toe te spitsen op improvisatie en eigen creaties. Het is tijd om mijn eigen wereld tot uiting te laten komen, die uiteraard gevormd is door al dat moois dat ik op mijn weg ben tegengekomen.
Waarom koos jij voor viool?
Ik had een viool gehoord bij vrienden thuis en vanaf dat moment wist ik dat ik viool wilde spelen, zonder een duidelijk ‘waarom’. Een tijdje later heeft mijn moeder een viool voor mij kunnen vinden. Nu, waarom kiest een kind voor een bepaald instrument? Goh, goede vraag. Dat wordt volgens mij bepaald door een bepaalde chemie maar ook de energie op dat bepaalde moment. Ik speel intussen ook trompet, maar mocht ik als kind met een trompet in aanraking gekomen zijn, dan kon ik evengoed daarvoor gekozen hebben. Ieder instrument heeft een eigen manier om je poëzie te vertolken. Ik zie me ook al een tijdje niet meer als violist, maar eerder als muzikaal vertolker en ik betrek daarbij graag verschillende klanken en instrumenten.
Waaruit haal jij voldoening in het in de wereld zetten van jouw muziek?
Mijn manier van muziek maken en het vervolgens in de wereld zetten, heeft een heus proces gekend en is sterk geëvolueerd door de jaren heen. Op dit moment voel ik sterk de behoefte om mezelf volledig te laten ‘zijn’. Dat is niet uitsluitend muzikaal maar ook algemeen in het leven zo. En dat is de grote reden dat ik me bijna uitsluitend nog bezig houd met improvisatie en compositie. Als ik mijn hart volg en vanuit mijn ziel spreek, dan voel ik de kracht om mijn boodschap over te brengen. Maar het is een continue oefening en uitdaging om enkel en alleen onvoorwaardelijke eerlijkheid uit te brengen: we vallen zo gemakkelijk terug op wat we geleerd hebben. Ik leer steeds meer naar mijn innerlijke zelf te luisteren, het is mijn beste leerschool. En ik geloof dat iemand die zonder grenzen zijn eigenheid aanbiedt, altijd een genereuze respons krijgt. En of dat nu in de hele wereld terechtkomt of enkel in deze straat, dat maakt weinig uit.
Je speelt niet louter instrumentale muziek, maar je gebruikt ook je stem tijdens het vioolspelen. Heb je een voorkeur tussen die twee?
Neen, ik heb altijd gezongen. Ik gebruik mijn stem ook in de eerste plaats als instrument, die hebben we toch allemaal gekregen, dus ik kan die zomaar inzetten. Viool en stem hebben veel gemeen en door ze beiden - al dan niet gelijktijdig te gebruiken - krijg ik extra kleur op mijn klankenpallet. Daarbij houd ik ook erg van poëzie. Dus de toevoeging van taal heeft voor mij een absolute meerwaarde. Als ik voor mijn stem componeer, profiteer ik van de gelegenheid om humor en andere zaken mee te geven, die ik anders moeilijk had kunnen overbrengen.
Daarnaast zie ik je even vaak plukken als strijken. Hoe komt dat?
Ik heb op het conservatorium geleerd om heel vaak mijn strijkstok te gebruiken, maar door mijn zoektocht naar andere manieren van spelen, ging ik gaandeweg ook andere instrumenten imiteren waaronder de gitaar. Nu, je kan onmogelijk gitarist worden op een viool, maar het genereert wel een volledig nieuwe wereld. Dat bracht me zoveel nieuwe mogelijkheden, dat ik daar enorm veel nummers mee ben beginnen maken. Ik kan zo met mijn viool begeleiden op een heel zachte en dienende manier, met een strijkstok kom je toch meteen in een heel andere klankwereld terecht, en dat blijft uiteraard ook heel boeiend om te onderzoeken.
interview Osama Abdurasol
How did you become a musician?
As long as I remember, I always felt like a musician, I always knew that I wanted to be a musician. From my early age, I was obsessed with music, with instruments, with learning as much as I could about them. Maybe the fact that music was actually forbidden in Kerbala, the strictly religious city where I grew up, had something to do with that obsession. The forbidden fruit is always sweeter I guess.
What role has music played in your life?
Music has opened and changed the world for me in so many aspects. From secretly playing in the attic in Kerbala to traveling the world with my instrument. From arriving in Belgium, without a penny to having my own recording studio in the centre of Ghent. From asking shyly in a shop in Baghdad ‘can you please tell me what the word “jazz” means?’ to compose a full program for the reputed Brussels Jazz Orchestra. I sometimes tend to forget all these things, but if I look back at where it all started, I feel so blessed.
Why did you choose the qanun? Can you tell us something more about this instrument?
The qanun was not my first instrument, nor my second or third. As a child, I played every instrument I could lay my hands on: saxophone, accordion, violin.. But when I started playing the guitar, my focus stayed for many years with that instrument. Actually I always loved the sound of the harp. But you don’t have that instrument in Iraq. That’s why I started playing guitar – also with strings – in the first place, and that’s why I ended up with the qanun. But that ‘love story’ only started when I had to leave Iraq. Would it have happened also if I could have stayed in my birth country? Or was the qanun a little piece of ‘home’ in a new, strange world? I don’t really know. Fact is that I now cannot imagine myself without my qanun. I still play guitar and oud (lute-type instrument), but the qanun is such a remarkable instrument. In Arabic ‘qanun’ means ‘the law of music’, and that makes sense, because on my instrument, you’re able to play all the possible notes, all ‘western’ notes, but also all the quarter tones and microtones. Between a B flat and a B (the black and the white key on a piano), there are still FIVE more notes. The huge possibilities make it also a complicated instrument. It’s not an intuitive way of playing because with the small levers on the left of the instrument, I have to change the tonality in which I will play in the next bars, before I actually play it. It means thinking ahead all the time.
Where do you find inspiration for your compositions?
Anywhere. On the road and on holiday, as soon as my head is less occupied with practical things, there is always inspiration. But also on quiet evenings, early mornings, or just when I enter my studio and start playing a little bit. It drives my wife crazy sometimes, but just playing a piece that is written down by someone else is so difficult for me. I can do it of course, but after a few bars mostly I start thinking of my own lines and I forget about the original score.
Does speaking different languages influence your composing?
My life is a mixture of languages, backgrounds, musical styles and genres. Iraqi roots, Western life, cosmopolitan dreams. That is who I am and that is how I write music. I could not possibly do otherwise.
Do you feel like you have found your own unique voice in music or is this still a search?
I try not to think about these things too much, because they kill the inspiration. Of course there are times where I feel like I’m still searching – I think everyone knows that feeling, but mostly I just try and let the music flow when it comes.
Can you tell us your favorite anecdote related to your career as a musician?
I told you that as a young boy I once entered a music store in Baghdad and asked for the meaning of the word “jazz”. I heard it somewhere on the radio, but I had no idea what it meant. The man in the store gave me a cassette, with the word “jazz” (in Arabic) written on it by hand. I listened over and over to this cassette, but never could guess on which instrument the melody was played. Until… the Klara Awards of 2007. I was backstage, because we would play there later, and I heard someone soundchecking. The exact melody and the instrument from my cassette! I went to check of course and there he was.. Toots Thielemans, playing on his harmonica.
What was your most memorable concert experience? As musician or audience.
As a musician, I’d have to say the premiere of ‘Night 352’ with the Brussels Jazz Orchestra. I composed the music for it in 2018, the premiere should have been beginning 2020, but it was postponed to January 2022. When that music finally came to life, when I heard these world class musicians playing my music… That was just indescribable. As an audience: the concert of Diamanda Galas in Gravensteen in Ghent. I was just petrified, it was a haunting concert.
Which project from the past has been your biggest achievement?
The program with the BJO, definitely. Although the performances of my piece ‘Habibu’ by the National Youth Orchestras of Iraq and Scotland were also very special to me. And of course the performances of ‘Maqamat’. Martin Valcke composed this piece especially for me and the Flanders Symphony Orchestra. A big honour.
Who has had a big influence on you as a musician?
Mohammed Abdel Wahab, a composer and singer from Egypt. He also composed songs for the most famous singers in the Arab world, Fairuz and Oum Koulthoum. And Dino Saluzzi, the Argentinian bandoneon player.
How did you end up as part of Cluster?
Cluster is a group of composers/musicians. I know few of the members, and somehow we started talking and discussing. Before I knew it, I became part of the group. And I’m very grateful for that. There are so many aspects to a musicians life, apart from playing and composing the music itself. To have some people that support you with the practical, financial and administrative part, it really makes a huge difference for me.
What does the future hold in store?
Many musical adventures, I hope. I was lucky to do so many things already, but at the same time it feels like I only just got started. I am particularly looking forward to recording my compositions for qanun and strings with the Spiegel String Quartet this summer. With my quintet I am finishing the music for our new project ‘Creative Conspiracy’. A cd with ‘Helloune’ is about to be finished. We will be touring with ‘Night 352’ – the project with BJO next year. In May there will be the premiere of a crazy project, a collaboration with 5 musicians from completely different backgrounds, and one of them is DJ Grazzhoppa. Qanun with beats and soundscapes, crazy indeed.
What is the biggest dream you still want to fulfill related to music?
My head is always full of music, which makes it sometimes difficult to sleep. There is but one musician who can really stop my head spinning, and that’s the Argentinian bandoneonplayer Dino Saluzzi. An extraordinary musician. With a few simple notes he can take my heart, every time. It’s my dream to play with him. He is already 86 and still performing. We are actually in contact now and trying to arrange a few concerts together. So hopefully this dream will come true soon.
Compile a list of 5 songs that have inspired you.
Alone again in the version of Shirley Bassy https://youtu.be/E9BFD-fpeUA Khayef Akool from Mohammed Abdel Wahab https://youtu.be/74Lx06_oopY How my heart sings from Dino Saluzzi https://open.spotify.com/track/3QVtUtfPKR0pMQu3vZbZya Husn-u-Hicaz from Hüsnü Senlendirici https://youtu.be/frY-ZziCCdk Kadeyet Am Ahmed from Omar Khairat https://youtu.be/t1EEuy0G55Q
Interview Maarten Decombel
Hoe ben je muzikant geworden?
Ik heb de muzikale genen van mijn opa, een gepassioneerde en getalenteerde organist die zichzelf heeft leren spelen in de jaren ’40. Toen ik 9 jaar was ben ik begonnen met gitaarles. Mijn leerkracht was van vele markten thuis: hij speelde zowel klassiek, jazz als rock, hij was de eerste die mij op weg zette naar het vinden van een eigen klank en stijl. Later verdiepte ik mij 5 jaar lang in de wereld van de klassieke gitaar aan het conservatorium. Dit hele parcours verliep parallel met het opengaan van mijn eigen persoonlijke muziek-horizon: de ontdekking van de folk & jazz in mijn vroege tienerjaren, het spelen in allerhande orkestjes en bandjes.
Waaruit haal jij voldoening in het muzikant zijn en het in de wereld zetten van je eigen muziek?
De voldoening vind ik in het afstappen van mijn persoonlijke weg als muzikant. Je groeit als mens, als speler, als mede-muzikant, als begeleider. Het traject dat ik tot nu toe heb afgelegd heeft me een pak ervaring en vertrouwen geschonken. Dat voelt erg lekker op het punt waar ik nu sta. Ook het reizen en de ontmoetingen vind ik heerlijk: andere muzikanten, zangers of bandleden, maar evengoed met leerlingen of publiek. Muziek als katalysator voor verbinding.
Wat maakt de muziek die je hebt geschreven echte ‘Maarten Decombel’-muziek? Kan je zeggen dat je je eigen stem gevonden hebt of is deze zoektocht nog steeds gaande?
Als je oprecht met je hart en ziel in de muziek staat, dan kun je nooit zeggen dat je je stem gevonden hebt, als het spreekwoordelijke eindpunt van de rit. Natuurlijk heb je na 20 jaar spelen wel een soort herkenbare sound, frasering en een gevormde visie op hetgeen je doet, maar daar blijf je elk uur, elke minuut, elke seconde aan schaven. Dat is net het boeiende: je blijft altijd zoekende. De dag dat je denkt “we zijn er”, mogen gelijk de boeken toe. Ik heb het geluk met heel diverse projecten en mensen samen te spelen, waardoor ik verplicht word om ook elke keer opnieuw mijn ideeën bij te stellen. Je leert van elke muzikant waar je mee speelt, iedere dag weer.
Waar komt je inspiratie vandaan?
Ik ben altijd een gulzige luisteraar geweest van alle stijlen, genres, spelers dwars door elkaar. Dat is absoluut iets wat ik van thuis meekreeg: open oren voor zowel klassiek, folk, jazz, rock, om het even wat er op de weg komt. Curieus & verwonderd zijn, voedt toch ook altijd de inspiratie. Ik ben altijd heel makkelijk enthousiast gemaakt door vrienden die heel meeslepend over hun nieuwe ontdekking vertellen. Dus die inspiratie komt eigenlijk heel makkelijk van alle kanten aanwaaien.
Je speelt zowel muziek waarbij iemand zingt als instrumentale muziek. Heb je de voorkeur voor een van de twee? Is het moeilijker, of gewoon anders, om een verhaal te vertellen met instrumentale nummers?
Nee hoor, volstrekt geen voorkeur. Al werk ik écht heel graag met zangers. Ik heb de chance gehad om te mogen samenwerken met een paar straffe kalibers zoals Evelyne Girardon en Jim Boyes, maar ook Martin Simpson, Ulrika Bodén, Tim Eriksen, Sofia Sandén, Fay Hield, Robb Johnson,… Een instrument kun je kiezen, je stem helemaal niet. Het is toch een soort ultiem samenvallen tussen de persoonlijkheid, het lijf waarmee je het moet doen en de brains waarmee je jouw muziek stuurt. Daar zit een soort “niets in de handen, niets in de mouwen” in, wat absoluut prachtig is in alle eenvoud.
Er zijn enkele muzikanten met wie je vaak samenwerkt. Is samenspelen anders wanneer je elkaar zo goed kent? Brengt het ook moeilijkheden met zich mee wanneer vriendschappen en werk zo door elkaar lopen?
De belangrijkste groepen waar ik bij speel (Snaarmaarwaar, MANdolinMAN, Naragonia Quartet) draaien al een lange tijd mee, meestal in onveranderde bezetting. Dat voelt voor mij als een zegen, een groot comfort. Want het schept de ruimte voor echte verdieping, je kent elkaars kleine kanten maar je weet vooral waar elkaars talenten liggen. Dat maakt gewoon je muziek beter. Bands die in constante spanning samen creëren, het zou niets voor mij zijn.
Folkmuziek is vaak gemaakt om op te dansen. Dans je zelf ook graag? Is het anders om voor een dansend publiek dan een staand of zittend publiek te spelen?
Het is zeker anders, maar ik hou van beide. Het is fantastisch om voor dansers te spelen. Je voelt nog meer de connectie tussen spelers en publiek en de impact van je spel is meteen heel visueel. Soms gaat de finesse van je muzikale verhaal wat verloren, maar energie, swing en arrangement maken veel goed. Tegelijk is er niets mooier dan wanneer je je instrument in alle facetten en registers laat zingen en je een speld kunt horen vallen bij een luisterpubliek dat helemaal mee is in jouw trip.
Kan je ons je favoriete anekdote uit je leven als muzikant vertellen?
Op een concert van Göze was er geen ruimte achter het podium, dus we kwamen op via de achterkant van de zaal. Lichten gaan uit, applaus, wij stappen tussen het publiek door richting de scène. We buigen vooraf maar ik had niet goed gezien waar de stoel stond. Ik ga dus zitten vlak naast mijn stoel waarop ik voluit achterover knal, gevolgd door een hels lawaai, een gitaar die bijna perte totale was en mijn ribben gekneusd. Daarna die typische 3 seconden absolute stilte waarna geroezemoes opstijgt, een mix van bezorgdheid en slappe lach om het grappige tafereel. Het ijs was meteen gebroken.
Welk concert, als muzikant of publiek, is je het meest bijgebleven?
Toen ik 12 was, zag ik Angelo Branduardi met zijn band in de schouwburg van Brugge. Ik kon mijn ogen niet afhouden van zijn gitarist, die schuin achter hem heel rustig de boel ondersteunde en richting gaf. Dat leek me een heerlijke plek om te zitten: vanuit de achterste linie zijn zanger laten schitteren, maar tegelijk een onmisbare schakel zijn in het geheel.
Wat zijn je toekomstplannen? Welke grote droom wil je nog verwezenlijken?
In het voorjaar 2023 komt de vierde plaat van Snaarmaarwaar uit, waar ik alle muziek heb voor geschreven. Spilar en Naragonia Quartet trekken binnenkort de studio in voor nieuwe opnames. Ook ben ik dit seizoen uitgenodigd om mee te spelen in de prestigieuze Franse muziekproductie SAUVAGE: een internationaal orkest van jazz-, klassieke- en folkmuzikanten speelt een moderne herwerking van de clavecimbelmuziek van Jean-Philippe Rameau. Het is een hele eer voor mij om als enige Belgische muzikant te mogen deel uitmaken van dit bijzondere project.
Daarnaast ben ik vooral gelukkig dat de zachtjes voortdenderende trein van concerten, lessen, bals en ontmoetingen terug definitief op gang lijkt na de corona-stilstand. Tijdens die periode van gesloten zalen en afgelaste festivals heb ik nog meer beseft hoe waardevol de muziek ook is als motor van sociaal leven, als “aanleiding” om mensen bij elkaar te brengen. Hopelijk vergeten beleidsmakers dit niet in de toekomst.
Stel een lijst samen van 5 nummers die je inspireren
1/ Fuga BWV 1000, J.S.Bach https://www.youtube.com/watch?v=VbfXzcN_66M
2/ Dernière Route uit Fuera, Jean-Louis Matinier & Renaud Garcia Fons https://www.youtube.com/watch?v=hsnPVoS3_jk
3/ Helicobtir, Trio Lopez-Chemirani-Petrakis https://www.youtube.com/watch?v=phqJG-4RyLg
4/ Les Jours Heureux, Hamon Martin Quintet https://www.youtube.com/watch?v=sfN1yvv4blM&list=RDsfN1yvv4blM&start_radio=1&rv=sfN1yvv4blM&t=0
5/ Message To A Friend, John Scofield & Pat Metheny https://www.youtube.com/watch?v=9UiP7RM0tdI
Interview Frank Nuyts
Hoe ben je muzikant geworden?
Eigenlijk vrij toevallig. Alhoewel ik zeer vroeg met de muziekschool ben begonnen, eerst piano, dan met slagwerk erbij, ben ik rond mijn 15de met muziek gestopt. Mijn andere passie, tekenen, had al mijn ‘vrije’ tijd ingenomen. En dingen maken vond ik veel intrigerender dan dingen uitvoeren. Maar een ouderlijke beslissing (geen hoger grafisch kunstonderwijs!!!) en een eigen beslissing (ondanks primus in de humaniora, geen universiteit!!!) is een tussenoplossing zich komen aanbieden. Toch weer muziek, enkel slagwerk en na een razendsnelle hogeschool carrière (na drie jaar al het Hoger Diploma) weer de kriebel van het maken beginnen voelen. Dan maar naar het instituut voor Psychoacoustica gestapt en privé bij Lucien Goethals hedendaagse én elektronische compositie gaan studeren. De rest is daar allemaal uit gevloeid… Ik voel mij dus meer een makende muzikant dan een spelende, alhoewel ik beide altijd gecombineerd heb. Al was het maar om mijn muziek uitgevoerd te krijgen.
Waaruit haal jij voldoening in het muzikant zijn en het in de wereld zetten van je eigen muziek?
Vooral uit het ’s morgens opstaan en mij geconfronteerd te weten door vraagstukken die ik mezelf én mag én kan opleggen. Door mij altijd financieel onafhankelijk te hebben gemaakt van mijn productie (heb 41 jaar les gegeven aan zowel het DKO als het Conservatorium van Gent) heb ik een vrij experimenteel parcours kunnen afleggen. Alle klassieke vormen aangepakt (gaande van symfonieën, kameropera’s, sonates, allerlei rare kamermuziek combinaties tot een hele reeks composities voor de verschillende bands die ik heb opgericht en geleid samen met Iris, mijn vrouw en partner in many crimes)
Is de muziek die je schrijft voor Beat Love Oracle echte ‘Frank Nuyts’-muziek? Kan je zeggen dat je je eigen stem gevonden hebt of is deze zoektocht nog steeds gaande?
Toen ik uiteindelijk toch besloot te stoppen met het lesgeven, kreeg ik de vraag van de Academie voor Kunsten en Wetenschap om eventueel opgenomen te worden in dit groot respect inboezemend officieel cultureel instituut. Ik heb dit geweigerd met de woorden, dat ik hoopte mij voor de rest van mijn leven nog vaak een debutant te kunt voelen bij de ontwikkeling van steeds nieuwe projecten. Ik vroeg mij dus af of zo’n instituut wel nood had aan zo’n iemand die niet wil achteruit kijken. Ik ben nog steeds blij met die beslissing, alhoewel dit niet bij iedereen daar in goede aarde is gevallen. Maar inderdaad, tijdens de eerste ‘grote vakantie’ na het staken van mijn lesopdracht, heb ik meteen het Beat Love Oracle project opgestart. Opnieuw een ongewone bezetting, die mij voor heel wat creatieve uitdagingen plaatste. Maar daarnaast is de klassieke werkenreeks ook onverstoorbaar doorgegaan. En ook daar telkens voor bezettingen die nieuw voor mij waren. En soms voor de wereld. En in al die werken ben ik nog steeds op zoek naar de voor mij passende muziek voor die combinaties. Mijn tics zullen wellicht wel in al die stukken herkenbaar zijn, maar ik hoop echt dat geen enkel werk lijkt op een vroeger. Omdat achter elke compositie een specifiek concept steekt dat onverbrekelijk aan dit ene werk is verbonden. DAT is misschien mijn ‘stem’, die van een soort muzikale polyglot.
Waar komt je inspiratie vandaan?
Zoals ik hierboven reeds aanhaalde: voor iedere project een ander concept. Daarom heb ik het gevoel dat ik mijn inspiratie haal uit alle dingen die mij te beurt vallen vanaf het moment dat ik mijn ogen open tot ze vermoeid dichtvallen. 365 dagen op een jaar. Ik lees heel veel, ga naar cinema, toneel, ben gek op graphic novels, maar luister ook veel naar wat er (vooral op klassiek gebied) door de duizenden hedendaagse componisten op deze planeet wordt geproduceerd. Geen dag passeert zonder minstens twee ‘creaties’ te beluisteren, die als het ware gisteren zijn voorgesteld zijn geworden. (LiveNew Music Channel op Youtube) Maar nogmaals: mijn inspiratie is vooral eraan werken dat ik dingen kan associëren die tot nu toe niet vaak zijn samengebracht. Extra-muzikaal of niet, als het maar nieuwe verbindingen in het schakelbord van mijn geest mogelijk maakt.
In een eerder gesprek omschreef je jezelf als ‘volatiel’. Kan je uitleggen waarom dat woord zo goed bij je past?
Ook dit volgt uit het voorgaande. Ieder project kan leiden tot een moedwillig vergeten van wat ik reeds gemaakt heb. (Mijn Eerste symfonie ‘A symphony of Scraps’ uit 1988 is zo helemaal opgebouwd.) Ik luister heel zelden naar mijn muziek. Opnames beluisteren is zowat het minst plezierig aspect van mijn muzikantenbestaan. OK, je kunt er uit leren, maar door het feit dat ik mij toch steeds probeer in nieuwe nesten te werken, moet ik toch voortdurend nieuwe oplossingen opdissen. Wat heb je aan een vork als je soep moet eten als het ware?… Vandaar dit parcours waar weinig overgeleverde vormen in te vinden zijn. Ik heb wel 25 piano sonates gecomponeerd, maar ze verschillen allemaal van elkaar. Soms in hoge mate. Door die ‘volatiliteit’ heb ik natuurlijk met een ongelooflijk verscheiden poel aan muzikanten mogen werken. Gaande van een pas afgestudeerde elektrische bassist tot een Koningin Elisabeth Wedstrijd winnaar, van een ensemble van 20 slagwerkers en vier ‘Indianen’ tot een opera voor drie harpistes, een fluitiste en een jazz contrabassist die een actrice en drie wilde sopranen hun ding laten doen.
Wanneer je over je muziek praat, gebruik je vaak lyrische en zeer specifieke omschrijvingen. Is taal belangrijk in je leven? Heb je ooit overwogen hier ook iets mee te doen? Of zijn taal en muziek geen aparte werelden voor jou?
Ik val in herhaling: zie hierboven :-). Kunst voor mij is dingen maken en hopen dat het toch even relevant kan zijn voor de periode waarin het gemaakt wordt. Misschien moet ik zeggen dat ik wellicht het ‘verst’ sta in de productie van noten op virtueel papier, maar ik bezondig mij ook voortdurend aan extra-muzikale activiteiten. Ik heb libretti geschreven, ik ben terug aan het tekenen geslagen. Ik speel mee in mijn bands maar probeer zo weinig mogelijk dingen op te leggen, om de deuren ook daar open te houden. Er wordt zo veel moois en interessants geproduceerd op dit moment op onze vermoeide aarde, dat ik het als het ware een verplichting vind voor mezelf om zoveel mogelijk dingen te proberen meepikken. Al is het maar om voor het type mens zoals ik toch, heel even een luisteraar, een kijker, een medestander te kunnen zijn. Hen te ‘belonen’ met mijn aandacht. Er is ontzettend veel excellentie op dit ogenblik, en toch zoeken veel mensen het allemaal in dezelfde richting. Ik hoop mijn hoofd ooit 360 graden te kunnen draaien, zoals een wijze uil. De wereld ongeremd kunnen scannen als aanmoediging…
Je hebt lang les gegeven. Wat heb je daar zelf van geleerd?
Ik heb dit steeds als een soort compensatie gezien voor het feit dat ik het leven heb kunnen leven zoals ik het nog steeds leef. Het is veel geven, maar ‘zij’ hebben mij ook veel gegeven. Het is bijna een dooddoener, maar over iets lesgeven, betekent dat je het zelf eerst goed moet kunnen begrijpen. En vragen van studenten (zeker in de Hogeschool) kunnen je dwingen heel je eigen referentiekader te moeten herzien. En het gevolg is ook, dat ik steeds vaker mijn ex-studenten heb kunnen betrekken in mijn eigen projecten. Juist omwille van hun frisse kijk op de wereld. Lesgeven is vooral even met iemand de weg opgaan. (Oorspronkelijk was een ‘pedagoog’ een slaaf (???) die een kind naar de school bracht). Maar het is vooral dat samen op stap gaan dat belangrijk is. In voortdurende conversatie. Als iemand die wat ouder is, heb je vaak wat meer ervaring, maar ervaring moet ook een dynamisch gegeven blijven. Met roestige enkels moet je snel de leerling voor laten gaan :-)
Kan je ons je favoriete anekdote uit je leven als muzikant vertellen?
Hoh, er zijn zo veel dingen gebeurd. En er gebeuren nog zo veel dingen. En meestal is datgene wat je onthoudt een voorval waarin net een catastrofe is vermeden geworden. Iets waar je later hard om lacht, maar dat tijdens het gebeuren zelf dreigde al hetgeen waar je zo hard voor gewerkt hebt, te niet te doen. Maar als er een ding is die ik wél wil vertellen, en het zal misschien een beetje sentimenteel overkomen, dan is het wel dat ik ondanks de onwaarschijnlijkheid van de initiële situatie een levenspartner heb, die als het ware al datgene wat ik niet ben, in zich heeft, en die al meer dan 45 jaar samen met mij een pad opgaat dat draait en keert als het circuit van Monaco.
Welk concert, als muzikant of publiek, is je het meest bijgebleven?
Is bijna niet op te antwoorden. Moet het de bijna vijf minuten stilte zijn van het publiek na de uitvoering van mijn kameropera ‘Middle East’, met toeschouwers rond je die met een zakdoek hun ogen betten? Is het een concert met Emanon met de uitvoering van mijn pianoconcerto in de perfecte omgeving wat omringende stukken betreft? Is het de staande ovatie in Lithouwen met Beat Love Oracle? Is het de driejarige cyclus met mijn toenmalige 18 pianosonates met allemaal ongelooflijk betrokken muzikanten? Is het de ongelooflijke ontvangst van ons festival Voorwaarts Maart/En avant Mars gedurende het zesjarig bestaan? Is het het laatste concert van Zappa in België? Is het het concert van de Zevende symfonie van Bruckner in de Bozar, een componist die ik vroeger haatte. Is het het concert waarbij ik als dirigent zowel mijn marimba concerto ‘Woodnotes’ creëerde als het voor mij zo belangrijke Rastapasta in de Week van de Hedendaagse Muziek in Gent, meteen als toemaat, ook het werk ‘Ce qu’on entend dans une salle de concert’ van Boudewijn Buckinx? (What’s in a title? :-) Is het Iris twee keer als soliste op piano met orkest te zien optreden tijdens de creatie van twee grote werken. Is het onlangs in een kleine boekhandel de aandacht te voelen van het publiek van een nieuw project met de dichteres Jana Arns? Echt het hield niet op. Moge het nooit ophouden.
Wat zijn je toekomstplannen? Welke grote droom wil je nog verwezenlijken?
Voortdoen. In welke vorm ook. Ik wil niets plannen. Volatiel nietwaar. Wel nog even doorgaan met datgene waarmee ik andere mensen mee in het verhaal heb genomen. Er zijn ook nog flink wat werken die niet gespeeld zijn geworden. Tot twee avondvullende muziektheaterstukken toe. Maar die zijn allang geen droom meer. De droom leeft vooral tijdens het maken. Ik droom niet van het ‘te maken’ :-)
Stel een lijst samen van 5 nummers die je inspireren
Nu dwing je mij wel even naar achter te kijken: Daarom grijp ik ook heel ver terug. Mijn eerste schreden zijn geïnspireerd door:
-
De strips van Maurice Tillieux (Gil Jourdan). Ik heb de man een paar keer mogen ontmoeten toen ik 16 was. Misschien de enige echte ‘hero’ in mijn leven. Voel nog steeds de gevolgen van die ontmoeting in mijn hart.
-
‘Uncle Meat’ van Zappa in de zolderstudio van Kamagurka, mijn jeugdvriend, thuis. Gevolgd door ‘Dark side of the Moon’ van Pink Floyd. En prenten van Franquin aan de muur. En uitgescheurde pagina’s van Pilote. 13 jaar waren we. De muren rondom ons barstten open en het rebelse stroomde ons leven binnen…
-
‘Les noces’ van Strawinsky (‘Le Sacre’ en de ‘l’Oiseau du feu’ en ‘Petrouchka’ kwamen wel vroeger) maar het beeld van die score zette mij op een gegeven moment aan ook zo iets op papier te willen krijgen. Vier piano’s? Koor met al die stemmen? Zo’n bende slagwerkers? En al die ongelooflijke ostinati?… Ah… en toen ik de autograaf van Igor zag… tekenen met noten….
-
MTV presenteerde video’s van The Police terwijl ik mijn eerste kind de pap gaf. ‘Every little thing is magic’. Iets brak in mij… Dat vast zat door enkel te zweren bij de ware kunst van het hedendaags klassiek componeren. Ik hoorde misschien dingen die er niet echt in staken, maar zes jaar later, in 1986, brak de dijk wel met een werk dat een rechtstreekse citaat inhield uit ‘Don’t stand so close to me’… Ik surf nog steeds op die golf…
- Op een kort reis door Frankrijk las ik het boek ‘The music of John Cage’. Ook dit opende weer een deur in mij waarvan ik niet eens het bestaan wist. En de uitleg van James Pritchett over zijn strijkkwartet uit 1950. Een mooier cadeau kon moeilijk. Omdat daarin uitgelegd wordt dat muziek vooral om tijd gaat. Tijd waarin je alles kan stoppen. Van welke kant het ook komt. Waardoor je als maker de tijd van je leven kunt hebben.
Interview Joris Vanvinckenroye
Hoe ben je muzikant geworden?
Ik ben opgegroeid in een muzikaal gezin waarbij ik mijn eerste muzieklessen kreeg van mijn ouders. Zij vulden dit zeer creatief in. Spelplezier primeerde. Uiteindelijk besliste ik op mijn 15de toch om te starten met muziekschool. Een jaar later mocht ik dan eindelijk beginnen met contrabas. Na 3 maanden oefenen, speelde ik reeds mijn eerste concertje met mijn broers. Wat ik me nog herinner van die avond, is naast veel zenuwen vooraf, ook een enorme voldoening achteraf. Na dat eerste optreden ging het snel. Ik was zeer gemotiveerd om bij te leren en werkte op enkele jaren toe naar mijn studies aan het conservatorium. De combinatie muziekschool en daarna conservatorium samen met het creëren van nieuwe muziek in een groep, de vele optredens en de organisatie ervan hebben mij gevormd tot wie ik nu ben als muzikant.
Wat heeft tot de keuze voor de contrabas geleid? Zijn er nog andere instrumenten die je speelt of wilt spelen?
Ik denk dat de keuze voor de contrabas te maken had met mijn persoonlijkheid. Ik ben altijd eerder introvert geweest, ik viel niet op en vroeg nooit veel aandacht als kind. Ik denk dat dit onbewust heeft meegespeeld in de keuze voor een groot instrument waar je niet omheen kan. Ik beschouw de contrabas momenteel als mijn hoofdinstrument. Daarnaast heb ik vaak mijn stem gebruikt binnen Troissoeur, maar ik noem me zeker geen goede zanger. Sinds 1 jaar speel ik viola da gamba. Dit instrument ligt me wel en ik hoop het binnen enkele jaren in te zetten in een nieuw muzikaal project. Naast het bespelen van fysieke instrumenten beschouw ik het goed gebruik van live elektronica ook zoals het beheersen van een instrument. Ik zie nog heel wat mogelijkheden in de combinatie van oude klassieke instrumenten met elektronica.
Behalve artiest ben je ook de artistiek leider van Cluster. Hoe is Cluster tot stand gekomen? Vanuit welke nood is dit collectief gegroeid?
Tijdens de jarenlange ervaring binnen muziekgroepen, kwamen we heel vaak uit op een punt waarbij we na enkele jaren moeilijk verder konden groeien of professionaliseren door een gebrek aan omkadering, management en zakelijke ondersteuning. Bovendien is er een grote noodzaak tot samenwerking binnen de sector om de uitdagingen van vandaag aan te gaan.
Sinds 2014 bouwen we met Cluster aan een organisatie die systematisch alle aspecten aanpakt en kansen creëert voor nieuwe muziek die niet echt in een bestaande categorie thuishoort en daardoor extra kwetsbaar is en naar mijn mening bijzonder relevant is voor een divers muzieklandschap.
We hebben in België een rijk en goed bevolkt muzieklandschap. Sommige muzikanten worstelen met de vraag wat zij hier nog aan bij kunnen dragen. Waaruit haal jij voldoening in het muzikant zijn en het in de wereld zetten van je eigen muziek?
Wanneer je na een optreden voelt dat alle parameters goed zaten en het publiek helemaal mee was in het muzikaal verhaal dan geeft het een bijzondere vorm van voldoening. Je weet dan dat je met iets uniek bezig bent dat veel kan betekenen voor de mensen. Verder haal ik ook veel voldoening uit het schrijven van nieuwe muziek en het opnemen van albums. Dit laatste vormt het sluitstuk van een lang creatief proces.
Wat maakt de muziek die je hebt geschreven voor groepen zoals Aranis en Basta echte ‘Joris Vanvinckenroye’-muziek? Kan je zeggen dat je je eigen stem gevonden hebt of is deze zoektocht nog steeds gaande?
Ik kan wel zeggen dat mijn stijl herkenbaar is. Ik denk dat degenen die mijn eerste werken vergelijken met mijn huidige projecten nog steeds dezelfde drive of energie herkennen. Dat heeft uiteraard te maken met enkele rationele elementen zoals het gebruik van akoestische instrumenten als basis, vaak met een ritmische drive. Maar wat precies mijn eigen stempel bepaalt, kan ik zelf moeilijk uitleggen. Elk nieuw muziekstuk moet een nieuw verhaal op zich worden en dat zorgt altijd weer voor een nieuwe uitdaging.
Waar komt je inspiratie vandaan? Weet je op voorhand welke verhaal je wilt vertellen of groeit het verhaal samen met de muziek? Is het de bedoeling dat het publiek dit verhaal ook letterlijk mee krijgt?
Hoe een muziekstuk tot stand komt is moeilijk uit te leggen. Ten eerste heeft het te maken met mezelf openstellen of tijd kunnen maken om nieuwe ideeën te zoeken en te ontwikkelen. Het creatieproces kent meestal een grillig verloop. Slechts een klein deel van het verzamelde materiaal geraakt ook effectief uitgewerkt. Het duurt meestal enkele maanden voordat een nieuw werk van 4 tot 10 minuten volledig af is. Ik kan per jaar ongeveer 60 minuten nieuwe muziek schrijven. Maar die frequentie aanhouden is niet altijd evident. Ik moet genoeg tijd kunnen nemen om de muziek te laten ontwikkelen.
Instrumentale muziek is in wezen een abstracte kunstvorm. En daarom moeilijk in een woordelijk verhaal te gieten. Het is echter essentieel dat er op de één of andere manier een verhaal wordt verteld. De zoektocht bestaat erin om een muzikale spanningsboog te creëren waarbij de luisteraar op het puntje van zijn stoel blijft zitten. Bij het begin van een creatie weet ik nooit welk verhaal er uiteindelijk zal geschreven worden. Dat groeit dus samen met de muziek. Hoe de luisteraar hiermee omgaat is ook omwille van het abstracte gegeven volledig vrij. Het verhaal is eerder een emotie of een gevoel. Ooit zei iemand na een optreden dat die tijdens het concert niet wist of die nu moest huilen of lachen. Dat was één van de mooiste complimenten die ik ooit heb gekregen.
Met BASta! sta je vaak alleen op het podium. Hoe anders is dat dan optreden met een groep?
Alleen optreden gaf me zeker in het begin bijzonder veel stress. Je moet het helemaal alleen dragen en als er iets misloopt moet je het alleen oplossen. Maar als je dan merkt dat je de zaal volledig mee hebt dan geeft het ook extra veel voldoening. Als ik met een groep speel is mijn functie als muzikant heel verschillend. Mijn hoofdtaak is dan om het geheel te dragen en solisten of melodieën te ondersteunen. Zeker geen gemakkelijke taak. Ik heb gemerkt dat deze rol wel beter past bij mijn persoonlijkheid.
Je bent als muzikant ook actief in theaterproducties. Is dat anders werken? Wat kunnen de muziek- en theaterwereld nog van elkaar leren?
De rol van een muzikant is heel verschillend binnen een theatercontext. Je weet dat je een belangrijke bijdrage kan leveren maar de aandacht gaat in de eerste plaats naar het libretto of inhoud van het theaterwerk. Mijn muziek is niet echt geschikt als begeleidingsmuziek dus tijdens een creatieproces is het soms heel erg zoeken om de muziek een volwaardige plaats te geven binnen het geheel. Wat mij vooral is opgevallen is dat er binnen theater veel meer tijd wordt genomen om samen te creëren. Iets wat ik binnen muziek echt wel mis. Hier wordt er nog vaak uitgegaan van een componist die alles bedenkt en uitschrijft en de muzikanten die alles instuderen en reeds na enkele repetities een concert of concertreeks brengen. Binnen de groepen waarin ik actief ben, probeer ik ook meer dan gebruikelijk de tijd te nemen om een programma te ontwikkelen en iedereen zoveel mogelijk te betrekken in het hele proces. Anderzijds kunnen veel theatermensen wel iets leren van de efficiëntie van muzikanten.
Kan je ons je favoriete anekdote uit je leven als muzikant vertellen?
Toen ik vaak in het Verenigd Koninkrijk moest zijn voor optredens met Retina Dance Company tussen 2009 en 2011, moest ik regelmatig de Eurostar nemen met mijn contrabas. Al snel had ik door dat men nogal willekeurig omging met extra vergoedingen voor die contrabas. Soms moest ik bijbetalen maar het bedrag verschilde vaak, soms moest ik helemaal niets bijbetalen. Ik begon er een uitdaging in te zien om zo ongemerkt mogelijk met contrabas door de checkpoints te geraken. Ik kan me redelijk onzichtbaar maken, met contrabas is dat uiteraard een stuk moeilijker, maar zelfs dan slaagde ik erin om 9 keer op 10 te passeren zonder dat iemand mij had opgemerkt. Wat ik me ook nog herinner van die voorstellingen in de VK zijn de vaak zeer kleine hotelkamers waar zelfs geen ruimte over was om mijn bas neer te leggen. Gevolg: het bed delen met mijn contrabas. Je moet er iets voor over hebben.
Welk concert, als muzikant of publiek, is je het meest bijgebleven?
Ik heb ondertussen meer dan 2000 concerten of voorstellingen gespeeld. Hiervan zijn er enkele die me altijd zullen bijblijven: Troissoeur in Taiwan in 2001, Aranis op het Gouveia Art Rock festival in Portugal in 2008, BASta! op de museumnacht in Ename in 2010, Aranis op Nearfest in de VS in 2012. Tijdens deze concerten had ik het gevoel dat de muziek het publiek volledig verraste en ze helemaal mee waren met het muzikale verhaal.
Wat zijn je toekomstplannen?
Ik werk aan enkele nieuwe programma’s samen met Flairck, een groep met een lang verleden waarvoor we momenteel op zoek zijn naar een nieuwe naam. Er zijn ook plannen met de groep Troissoeur. In 2020 speelden we een eenmalige reünie tournée die door de uitgestelde concerten nog steeds niet is afgewerkt. We zijn reeds begonnen aan het uitwerken van nieuwe muziek. Momenteel werken we met Flairck & Troissoeur aan een concertprogramma met extra gastmuzikanten dat we in december ‘22 in het Royal Operahouse Muscat in Oman zullen brengen. Verder volgen er nog voorstellingen van Rode Boom (zowel ‘Ongekende Evidenties waarmee we ondertussen meer dan 500 keer hebben gespeeld en de nieuwe voorstelling ‘Realiteiten’ die in oktober 2021 in première is gegaan). Ik zal ook meedoen aan de voorstelling ‘Home XXL’ van De Nieuwe Bazaar ism Kunst Z die deze zomer in première gaat.
Stel een lijst samen van 5 nummers die je inspireren
Ikarus – Caliph
DAAU – My Goodness! Poetry
Nik Bärtsch – Modul 29_14
Gösta Berlings Saga – Kontrast
Renaud Garcia-Fons – Oriental bass
Fotoverslag GMS
Twee weken geleden organiseerden we de Global Music Sessions. We nodigden professionelen uit de sector uit en schotelden hen een inspirerend en boeiend programma voor.
De Global Music Sessions worden georganiseerd door Cluster, in samenwerking met La Barraca vzw, Via Lactea, Zephyrus Records, Chouette asbl, Concertzaal De Casino, CC Sint-Niklaas en Muziekclub 't Ey. Met steun van Vlaanderen en Sabam for Culture.
Bekijk hier het fotoverslag: https://www.facebook.com/media/set/?vanity=Clustermusic&set=a.272856668186996
Global Music Sessions 2021
Op 26 oktober organiseren we de jaarlijkse Global Music Sessions. We nodigen professionelen uit de cultuursector uit op dinsdag 26 oktober. Het programma wordt samengesteld door Cluster, La Barraca, Via Lactea, Zephyrus en Chouette asbl. We brengen een gevarieerd programma met 7 showcases in de namiddag en 3 publiek toegankelijke concerten in de avond. Gelieve je aanwezigheid tijdens de namiddag en/of avond te bevestigen via naar elza@clustermusic.be
PROGRAMMA NAMIDDAG
13u: ontvangst
13u30: Stann
14u: Mólo Sâyat
14u30: Quetzal Duo
15u: The City's Song - The Tehran Sessions
15u30: Duo Mallou
16u: Bernard Orchestar
16u30: Chansons pour les oiseaux qui ne savent pas voler
17u: aperitief
PROGRAMMA AVOND
20u: Stann
21u: Mólo Sâyat
22u: Orchestre International du Vetex
Partout Gent
Op 19 september organiseren Buren van de Abdij en Cluster samen ‘Partout’. Maar liefst twee groepen geven het beste van zichzelf in het Coyendanspark.
Buren van de Abdij zorgt er al jarenlang voor dat de site rond het Coyendanspark een fijne plek is voor iedereen. Ze organiseren bovendien vele activiteiten in herberg Macharius, een sociaal culturele ‘hub’ die in het teken staat van ontmoeten en verbinden.
Programma
15u: TRIO LAMI
Trio Lami brengt een variatie aan muzikale talen en stijlen. Composities van Osama Abdulrasol worden afgewisseld met Franse melodieen en tradiotenele nummers. De muzikanten creeeren zo een nieuwe muzikale wereld, waar grenzen vervagen.
Met: Osama Abdulrasol (composities, qanun), Lode Vercampt (cello), Helena Schoeters (zang)
17u30: LES CHANCARDS
Fluitiste Juliette Ferreira en accordeonist Jonas Malfliet delen een passie voor muziek, en hebben vooral veel goesting om samen te spelen. Zij met Portugees-Franse roots, hij afkomstig uit het Waasland... door een gelukkig toeval kwamen ze elkaar tegen op een jamsessie in Brussel. Ze houden van vrolijke melodieën, toffe balkangrooves en pakkende liedjes uit alle hoeken van de wereld. Echte chançards vinden ze zichzelf, en dat gevoel willen ze dan ook graag met u delen.
Beat Love Oracle tourt in Estland en Litouwen
Beat Love Oracle gaat op tournee! Op 24 augustus vertrekken ze richting Estland en Litouwen om daar te spelen op onder andere Amber Wind Festival. Ze betreden het podium in Palanga, Pärnu, Ralph, Tartu en Tallinn. Neem zeker eens een kijkje op hun facebookpagina om hun buitenlandse avonturen te volgen!
Nieuwe Vlaamse Meesters
De 15e-Eeuwse Franco-Vlaamse polyfonisten staan ook bekend als de 'Vlaamse Meesters'. Hun muziek inspireerde componist Osama Abdulrasol om vanuit zijn eigen Arabische achtergrond op zoek te gaan naar overeenkomsten tussen die Westerse en Arabische traditie. Kan hij verbanden leggen en verschillende stromingen laten opgaan in een nieuwe 'sound'? Kunnen we vorm geven aan de toekomst vanuit het verleden?
De diverse Vlaamse uitvoerders in dit project staan symbool voor de meervoudige Vlaamse identiteit. Wat is de Vlaamse (artistieke) traditie vandaag, en hoe gaan we daarmee om? Met deze zoektocht zetten de muzikanten de lange lijn van Vlaams artistiek meesterschap voort, op geheel eigen(zinnige) wijze.
Ze presenteren jullie op 13 mei graag de eerste sketches van deze zoektocht in de vorm van een livestream concert. Kijk mee via deze link: https://www.facebook.com/events/278602413978796/
Met:
Osama Abdulrasol, qanun & composities
Tomash Noël, hammond & keyboard
Philippe Malfeyt, luit
Helena Schoeters, stem
DJ Grazzhoppa
Fiddlers on the move jam
In het kader van Fiddlers On The Move kan je op 15 april deelnemen aan een online jam sessie. Een groep muzikanten zal de jam live begeleiden vanuit de zaal van Bij’ De Vieze Gasten in Gent. Ga naar de website voor meer info: https://www.fotm.be/
Stann over debuutsingle Barrage
Stan Nieuwenhuis gaf een interview over zijn soloproject Stann en debuutsingle Barrage.
Loop je al lang rond met het idee voor dit soloproject?
Ik liep al heel lang rond met het idee voor een nieuw project waar ik koperinstrumenten door de electronica zou halen. In notitieboekjes zit ik al jaren te broeden op de ideale samenstelling van zo’n groep. Hoe veel muzikanten zou ik nodig hebben? Moet ik er saxen bij zetten of niet? Zou één drummer armen genoeg hebben voor alles wat ik zou willen schrijven? Toen kwam corona. Maar eigenlijk was dat een geschenk. Alle ballast over boord en vertrekken vanuit de kern: ik, mijn cornet en een hele boel knopjes.
Wat heeft er toe geleid dat je er nu mee naar buiten komt?
Ik heb in 2021 een aantal try-outs gedaan en heb mijn materiaal wat laten rijpen. In december heb ik een selectie gemaakt en die ben ik gaan opnemen. Met deze release hoop ik fijne optredens in de zomer te scoren. Ik zie mezelf al wel staan in een feeërieke setting op een klein alternatief festival.
We kregen via je social media mee dat er ook achter een soloproject eigenlijk een team schuilgaat. Met wie heb je samengewerkt en wat hebben zij bijgedragen?
In een soloproject praat je op den duur tegen jezelf en daar word je niet beter van. Wim Henderickx heeft me bij het puzzelen naar de juiste vorm heel hard geholpen. Vanuit mijn eerste schetsen ben ik gaan samenwerken met Dirk Miers van DESTUDIO in Asse om de klank van beats en percussie te verfijnen. Ik heb al vaak samengewerkt met Dirk en ik weet ondertussen dat ik hem blind kan vertrouwen. Hij voelt perfect aan wat ik wil vertellen met mijn muziek en hij is een hele straffe sound engineer. Mijn muziek wordt vaak als filmisch omschreven en dat gevoel wil ik ook gaan vertalen naar de hele performance. In de teaser van ‘barrage’ kon je al een aanzet zien. Die werd gemaakt door mijn broer Frank. We zijn het als broers even vaak oneens over van alles, maar wanneer we ideeën uitwisselen over video bij dit project dan zitten we meteen op dezelfde golflengte. Ik ben ook heel blij met de hulp van een paar mensen achter de schermen. Ik kwam op een try-out Nele De Cock tegen die mij vanaf minuut één een spiegel voorhield. Ze is een geweldige klankbord en steun voor alles wat niet direct met muziek te maken heeft. Cluster ben ik ook heel dankbaar. Het is voor buitenstaanders misschien niet altijd duidelijk wat Cluster voor haar componisten doet, maar zonder Cluster zat ik waarschijnlijk nog steeds in mijn notitieboekje te krabbelen. De Global Music Sessions van januari 2021 waren de perfect duw in de ruw om te springen in het diepe.
Welk verhaal wil je met dit album vertellen?
In mijn muziek vlucht ik weg van de realiteit. Ik trek me terug en maak mijn eigen klankenwereld die een reactie is op alle prikkels van buitenaf. De ene dag is dat oorlog en ellende in de wereld, de andere dag is dat een druk familiefeest. Muziek heeft voor mij van kinds af aan altijd een grote troostende kracht gehad. Ik heb geen directe boodschap met deze muziek, anders was ik misschien ook wel meer met tekst bezig geweest. Ik wil luisteraars even mee op reis nemen naar de plek waar ik mij veilig voel.
Vanwaar de naam 'barrage' voor je eerste single?
Het mooie aan barrage is dat het kan betekenen wat je er zelf in ziet. Het is een of andere vorm van een obstructie, je kan het interpreteren als belemmering maar ook als afsluiting. Het straalt ook kracht en rust tegelijk uit. Allemaal gevoelens die voor mij intuïtief passen bij de muziek. Een titel is voor mij zelden het vertrekpunt om muziek te schrijven. Ook in dit geval ging ik achteraf op zoek naar de juiste titel die matcht bij wat de muziek voor mij betekent en uitstraalt.
Wat mogen we in de toekomst nog verwachten van Stann?
In de komende maanden komt er nog meer muziek uit. Er plakt nog geen datum op maar in het najaar komt de EP uit waar barrage deel van uit maakt. In de zomer hoop ik veel optredens te kunnen doen op kleine gezellige podia en festivalletjes.
Livestream Sessions Conservatorium Antwerpen
Stan Nieuwenhuis geeft met zijn soloproject Stann de aftrap van de Livestream Sessions van Koninklijk Conservatorium Antwerpen.
Inschrijven kan via deze link: https://forms.office.com/Pages/ResponsePage.aspx?id=PM_YMxQvwEia1l0oJVM2c97LmU6pBXdBu0x3IYCjerJURDNLVE1GNFY1RDRSOVpGTldKQlVVQ1ozVy4u
Flanders Folk Awards 2021
Spilar en Flairck zijn genomineerd voor de Flanders Folk Awards! Spilar in de categorieën ‘beste album’ en ‘beste live band’, Flairck in de categorie ‘beste live band’. Op 11 februari om 21u gaat Flanders Folk Network online vanuit de Handelsbeurs in Gent voor de uitreiking. Volg het hier: https://www.facebook.com/events/706830350204127/
Video's en livestream Wouter Vandenabeele
Chansons sans paroles: ‘a flemish dans in Thessaloniki’
18 november 2020 in de Boma studio, Bomastraat 37, 9000 GENT
Venaterini Agryriou (santuri, Thesssaloniki), Lode Vercampt (cello)
Chansons sans paroles: ‘contradans’
22 november in de Boma studio, Bomastraat 37, 9000 GENT samen Sara Salvérius (accordeon), Lode Vercampt (cello) en Wouter Vandenabeele (viool)
Chansons sans paroles: ‘Tamala’
1 december in de Boma studio, Bomastraat 37, 9000 GENT
Bao Sissoko (kora), Liesbeth Lambrecht (viool) en Wouter Vandenabeele (viool)
Olla Vogala, live stream, Redlatsko
24 november in de Boma studio, Bomastraat 37, 9000 GENT
Marc De Maeseneer (saxen), Liesbeth Lambrecht (viool), Joris Vanvinckenroye (contrabas) en Wouter Vandenabeele (viool)
Chansons sans paroles 4: Mazurka dell’Etna
25 november Bomastudio.v Bomastraat 37, 9000 GENT
Tom Theuns (gitaar en mandoline), Joris Vanvinckenroye (contrabas) en Wouter Vandenabeele (viool)
The Chaï Connection: Hrad
2 december 2020 in de Boma studio, Bomastraat 37, 9000 GENT
Jeroen Knapen (gitaar), Thomas Noël (piano) en Wouter Vandenabeele (viool)
Olla Vogala, live stream, mini concert en video
4 februari 2021 in de Boma studio, Bomastraat 37, 9000 GENT
Marc De Maeseneer (saxen), Liesbeth Lambrecht (viool), Joris Vanvinckenroye (bas), Frederik Heirman (trombone) en Wouter Vandenabeele (viool en compositie)
Stage en online workshop
In het kader van Fiddlers on the move 6, viool workshops.
19 februari 2021 HOFINHAM, Ham 125, 9000 GENT
Lesgevers: Jonas Malfliet (accordeon), Amit Weisberger (viool) en Wouter Vandenabeele (viool)
Links
Livestream:
https://www.facebook.com/woutervandenabeele.
https://klara.be/tag/late-night-world-0
https://www.youtube.com/user/wviool/
https://muziekpublique.be
https://www.facebook.com/GhentFolkViolinProject
https://www.facebook.com/The-Chai-Connection-457888581087076
Crowdfunding Flairck
Steun Flairck bij de release van hun nieuw album 'Back Alive' in de herfst van 2020.
Het zijn vreemde tijden voor iedereen van ons. We worden gedwongen om binnen te blijven en te reflecteren op de wereld zoals die is, en zoals hij zou moeten zijn. Het is geen geheim dat cultuur, kunst, en dus ook muziek al moest overleven in zeer moeilijke omstandigheden, zelfs voor de pandemie. Meer dan ooit hangt het lot van artiesten af van de steun en solidariteit van het publiek. Enkel zo kunnen we ons werk verder zetten. Flairck was in het midden van de opnames van een nieuw album toen de pandemie uitbrak en alles stil legde. Gelukkig slaagde de groep erin om zich te reorganiseren en alsnog de releasedatum van het nieuwe album te behouden. Dit dankzij de steun van ons publiek wereldwijd. Daarom werd een crowdfunding campagne opgestart.
Klik hier als je ons wil steunen.
Als dank worden nadien volgende cadeautjes verdeeld:
- €15 = digitale download van het album
- €25 = CD
- €35 = digitale download + CD
- €50 = digitale download + gesigneerde CD + merchandise cadeau
- €100 = digitale download + gesigneerde CD + merchandise cadeau + ticket voor een Flairck concert naar keuze
Namen bekend voor Cluster in concert 2019!
Cluster brengt opnieuw een aantal verrassende projecten naar De Casino Concertzaal. Snaarmaarwaar is een avontuurlijk powerfolktrio dat laveert tussen oude en nieuwe muziek. Het ensemble verrijkt voor dit project haar befaamd snarenspel met de warme stembanden van zangeres Eva Decombel.
Ananta Roosens (viool en trompet) gooit in haar soloproject 'Ceci n'est pas un violon' alle comfort overboord en creëert haar muzikale geaardheid vanuit volledige tabula rasa. Verwacht geen klassiek of wereldmuziek, want elke stijl is een verrijking tot deze een beperking wordt.
Beat Love Oracle is een eigenzinnige cross-overband, een wervelend testosteronkwartet bestaande uit sax, marimba, e-bas en drums onder leiding van Frank Nuyts. Dit 'chamber fusion'-kwartet brengt op een virtuoze manier verschillende genres bij elkaar.
Terugblik op Cluster-presentatiedag
Op 8 oktober 2018 had onze jaarlijkse Clusterdag plaats in concertzaal De Casino in Sint-Niklaas, in samenwerking met CC Sint-Niklaas, Muziekclub 't Ey, De Casino en La Baracca.
Elk jaar brengen enkele muzikanten uit het Clustercollectief een greep uit het aanbod van vele projecten waaraan ze werken. Dit jaar viel de beurt aan BASta!², Olla Vogala, Zyriab, Doux en Osama Abdulrasol & Henk De Laat.
Nieuw album voor BASta!²
Tien jaar na het solo-album 'Cycles' van contrabassist Joris Vanvinckenroye, is er nu het langverwachte vervolg. Samen met fluitiste Jana Arns, nam Joris de instrumenten in verschillende lagen op tot een orkestraal geheel in een heel eigen cinematische fusion stijl.
Presentatiedag met de nieuwe Olla Vogala en andere topbands!
Cluster brengt op 8 oktober opnieuw een aantal verrassende projecten naar Sint-Niklaas, en dit in samenwerking met Muziekclub 't Ey, CC Sint-Niklaas, La Barraca en De Casino Concertzaal.
Olla Vogala
Het fascinerende orkest Olla Vogala wordt met een gloednieuw programma dé headliner van de avond. Olla Vogala walst al twintig jaar over de grenzen van tijd, ruimte en genres heen, en brengt een intrigerende verbeelding van muziek, woord en klank. Oude en nieuwe muziek smelt samen dankzij eigenzinnige arrangementen van bestaande en geïmproviseerde klanklijnen. Olla Vogala is het levende bewijs dat verschillende culturen, stijlen en genres tot een werkzaam geheel kunnen worden vervlochten. Het ensemble kent een sterke traditie van bezieling en spelplezier en komt speciaal voor dit concert op de proppen met verrassend nieuw werk. Zuiderse melancholie, Oosterse mystiek en Afrikaanse ritmes laten zich moeiteloos verenigen met een erg divers palet aan Europese muzikale tradities. Een geweldig intercultureel en muzikaal avontuur is het resultaat!
Doux
Doux is de nieuwe samenwerking tussen Stand Nieuwenhuis en Harmen Vanhoorne. Ze maken een fris geluid, beïnvloed door jazz, elektronische muziek en brassband. Voor hun eerste album werd Stan, klassiek getraind cornettist, geïnspireerd door een serie foto’s van immigranten op Ellis Island begin vorige eeuw. Als trompettist begrijpt Harmen zijn muzikale kompaan moeiteloos.
Osama Abdulrasol & Henk De Laat
Abdulrasol werd geboren in Babylon, maar groeide op in de stad Karbala, een volgens sjiieten heilige stad waarbij muziek verboden is. Hij verhuisde in 1997 naar Gent. Abdulrasol schrijft muziek voor film en theater en speelde zowat overal ter wereld, o.m. met Goran Bregovic, BJ Scott, Luc De Voc, Les Ballets C de la B, en als solist bij verscheidene orkesten onder leiding van Dirk Brossé. Henk de Laat componeerde voor diverse internationale theatergezelschappen. Als bassist begeleidde hij sterren als Shirley Bassey, Deborah Brown (van wie hij ook zangles kreeg), Marjorie Barnes, Eric Vloeimans, Denise Jannah en vele, vele anderen. Osama en Henk spelen al bijna 20 jaar samen, in verschillende projecten en bezettingen.
Cluster werft aan!
Cluster zoekt een sterke teamspeler die de projecten van Cluster kan promoten en verkopen. Je bent zeer sociaal en hebt voeling met de muziekprojecten van Cluster. Als communicatie- en pers verantwoordelijke realiseer je nieuwe communicatie in nauw overleg met de algemeen- en zakelijk coördinator.
Takenpakket:
• Contacteren en afspreken met programmatoren van concerthuizen, clubs en festivals in binnen- en buitenland
• Contacten met pers onderhouden en uitbreiden
• Netwerken binnen het culturele veld
• Vertegenwoordiging op internationale beurzen
• Bedenken en realiseren van communicatie in overleg met de artiesten en coördinatoren van Cluster
• Prospectie
Vereist competentieprofiel:
• Hoger onderwijs of gelijkwaardige ervaring.
• Beschikken over goede sociale vaardigheden en over goede mondelinge en schriftelijke communicatieve vaardigheden
• Kennis van het werkveld ( muziek – podiumkunsten) strekt tot aanbeveling.
• Goede kennis Nederlands, kennis Frans en Engels is een pluspunt
• Zelfstandig kunnen werken, maar ook een teamspeler
• Stressbestendig.
Aanbod
• 1,5/5 contract + % op verkoop
• Indiensttreding vanaf augustus 2018
• Verloning volgens cao Muziek, anciënniteit bepaald op basis van relevante ervaring
• Telewerken mogelijk
Interesse?
Stuur je kandidatuur (cv en motivatiebrief) vóór 15 juli 2018 naar info@clustermusic.be of per post naar Cluster vzw, Joseph Lonckestraat 48, 9100 Sint-Niklaas
Cluster verwelkomt vers bloed
We zijn ontzettend blij om te mogen aankondigen dat Cluster 4 fantastische nieuwe componisten mag verwelkomen! Vanaf september 2018 zullen Maarten Decombel, Osama Abdulrasol, Frank Nuyts en Stan Nieuwenhuis deel uitmaken van ons collectief. Hou de website in het oog en verneem binnenkort alles over hun projecten.